Home » Actueel » Alle ruimte voor opkomende technologieën

Alle ruimte voor opkomende technologieën

In de werkagenda waardengedreven digitaliseren staat dat de overheid gaat anticiperen op opkomende technologieën. In het verleden bleek de overheid niet altijd in staat dit soort technologieën, zoals autonome systemen, te begrijpen en optimaal te benutten.

Een doelstelling is om een aantal labs in te richten waar de overheid en maatschappelijke actoren samenwerken in de ontwikkeling van nieuwe digitale technologie voor het oplossen van maatschappelijke vraagstukken.

De sleutel lijkt hiermee te liggen in meer ruimte en tijd om toepassingen van technologische oplossingen uit te proberen in de praktijk. Hier ligt de focus van strategisch niche management (SNM) waarbij het draait om een socio-technische benadering. Wat kunnen gemeenten hiervan meenemen? Voordat we daar antwoord op kunnen geven, is het goed om eerst te kijken wat de meerwaarde van strategisch niche management is.

Waarom strategisch niche management?

SNM verschilt van de “technologie-push”-benadering dat ten grondslag ligt aan het grootste deel van het huidige technologiepromotiebeleid binnen gemeenten. Door vanaf het begin de kennis van inwoners en stakeholders mee te nemen in het technologieontwikkelingsproces kan er een interactief leerproces ontstaan, waarbij zowel experimenten kunnen plaatsvinden op het technische als het sociale vlak. Op deze wijze worden voordelen van opkomende technologieën ontdekt die werkelijk aansluiten bij sociale vraagstukken in een gemeente. Dit maakt de kans op adoptie van de technologie een stuk groter.

Het interactieve proces zorgt dat o.a. de volgende zaken eerder aan het licht komen:

  • de sociale wenselijkheid van de opties: de technische, economische haalbaarheid en milieuwinst van verschillende technologische opties;
  • de toekomstscenario’s van de technologieën;
  • de kosten om de technologie te realiseren;
  • een achterban achter een technologische oplossing van bedrijven, onderzoekers wiens semi-gecoördineerde acties nodig zijn om een ​​substantiële verschuiving te bewerkstelligen;
  • onderling verbonden technologieën en praktijken.

Wat is een niche?

Om goed te kunnen experimenteren is er een ‘ruimte’ of ‘locatie’ nodig die afgeschermd kan worden van de dagelijkse gang van zaken. In de werkagenda wordt gesproken over labs waarbinnen kennisinstellingen, bedrijven en overheden op het juiste moment betrokken zijn bij de ontwikkeling, toepassing en opschaling van nieuwe digitale technologieën.

Bij veel organisaties is dit vaak letterlijk een andere ruimte en locatie. In deze ruimte kan het geselecteerde gezelschap werken aan vernieuwende oplossingen zonder directe of indirecte druk van de bestaande organisaties te voelen.

Een niche vertegenwoordigt ‘de dingen die nieuw zijn in de wereld’, radicale verandering en de belofte van verbetering en vooruitgang. Niches maken daarom experimenten mogelijk waarin vernieuwers, informatiemanagers, datateams, en beleidsmedewerkers kunnen innoveren met maatschappelijke doelen en leren over maatschappelijke uitdagingen.

Het toewijzen van een dergelijke ruimte of locatie vergt lef. Er komen tal van vragen uit de organisatie, mitsen en maren voor wie en wat en geld dat vrijgemaakt wordt, kent geen vastomlijnd resultaat.

Het proces

In de niche kan gewerkt worden aan nieuwe technologische en sociale verandering door middel van  experimenten en pilots. Deze vinden voornamelijk plaats in de praktijk zonder vaste (wetenschappelijke) regels. Het is belangrijk dat de experimenten zich richten op de praktijk en buiten de bestaande oplossingen, structuren, cultuur, handelswijze en gebruiken van de gemeente.

Bij SNM wordt niet alleen gewerkt aan de technologische kant (bijvoorbeeld kunstmatige intelligentie oplossingen, drones, crowdmanagement technologieën), maar ook aan de sociale aspecten (gebruikersvoorkeuren, sociale netwerken, complexe regelgeving, complementaire technologieën, verwachtingen waarin ze zich ontwikkelen). SNM streeft naar een verantwoorde afstemming tussen de technische en de sociale wereld om tezamen de kansen en risico’s voor de toekomst te formuleren en mitigeren.

Door experimenteren met nieuwe oplossingen en scenario’s kunnen er duurzame patronen ontstaan, deels belichaamd in de opkomende technologie (hardware) en in de sociale wereld op basis van nieuwe ervaringen en ideeën. Dergelijke experimenten vinden plaats in de niche waarin technologieën worden gespecificeerd en de doelgroep wordt gedefinieerd en geconcretiseerd. Experimenten maken het mogelijk om een ​​open zoektocht en leerproces tot stand te brengen, maar ook om te werken aan maatschappelijke inbedding en adoptie van de nieuwe opkomende technologie.

Eureka! En nu?

Het experiment is een succes, een eerste verkenning. De niche is een beperkte setting, het resultaat kan worden beschouwd als een generieke oplossing. Toepassingen en opschalingen zullen met beleid moeten plaatsvinden. De conclusies kunnen leiden tot vervolgstappen zoals:

  • een concrete toepassing van de nieuwe technologie, bijvoorbeeld de inzet van generatieve kunstmatige intelligentie voor het beantwoorden van KCC-vraagstukken;
  • het uitwerken van afwegingskaders om digitale technologie in de organisatie of samenleving te reguleren of juist aan te jagen;
  • onderdeel worden van de gemeentedelers waar succesvolle lokale aanpak gedeeld wordt op een landelijk podium.

Wat kunnen gemeenten hiervan meenemen?

Strategisch niche management vereist naast tijd en capaciteit vooral lef. Dat kan beginnen met de durf om bij een ontwikkeling waar de organisatie nog niet klaar voor is, niet direct nee te verkopen maar degene met de ontwikkelwens uit te dagen om deze gezamenlijk praktisch te testen op zowel sociale als technologische aspecten.

Niet alle gemeenten kunnen zich de luxe veroorloven om ook daadwerkelijk een lab in te richten voor de toepassing van SNM. Wel hebben alle gemeenten te maken met toenemende wensen en verwachtingen van de eigen medewerkers als ook van de inwoners, bedrijven en partners naar aanleiding van nieuwe technologieën. In plaats van deze wensen en verwachtingen te negeren of blindelings te beantwoorden, kan het voor deze gemeenten lonen om het SNM mee te nemen in hoe ontwikkelingsvragen vanuit de organisatie opgepakt worden.

Tot slot

Labs en niches zijn uitermate geschikt om onafhankelijk nieuwe technologie en bijbehorende vraagstukken te onderzoeken. De kunst is wel om de resultaten en oplossingen toepasbaar te maken in de praktijk. Het is namelijk heel verleidelijk om te blijven hangen in het ontwikkelplezier dat je met elkaar hebt!

Meer weten?

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Roel Ottens, 06 50 43 15 77, r.ottens@telengy.nl,  of Thomas de Jong, 06 21 97 84 86,  t.d.jong@telengy.nl. 

Bronnen