Met de CITO-score in de hand schrijven circa 165.000 leerlingen zich komende periode in bij het voortgezet onderwijs. Daarvoor hoeft de leerling steeds minder vaak een uittreksel GBA te overleggen. Ongeveer een kwart van de onderwijsinstellingen vraagt nog een uittreksel bij inschrijving. Driekwart van de scholen organiseert de identificatie op een andere manier, bijvoorbeeld via een uitschrijvingsbewijs van de vorige school, een IDbewijs of geboortebewijs. Diverse scholen nemen genoegen met identificatie door een zorgpas. In enkele gevallen controleert de gemeente de inschrijfgegevens die de school aanlevert. Daarvoor heeft een ouder van de leerling dan wel toestemming gegeven. Dit blijkt uit onderzoek van Telengy onder 138 gemeenten en 274 (van in totaal 651) onderwijsinstellingen.
De Wet op het voortgezet onderwijs (art. 27b) stelt dat bij inschrijving aan het voortgezet onderwijs het burgerservicenummer (BSN), de geslachtsnaam, voorletters, geboortedatum en het geslacht overlegd dienen te worden. Dit is ook zonder uittreksel mogelijk.
Scholen staan open voor alternatieve identificiatie
Bijna driekwart van de ondervraagde scholen lijkt zich hiervan bewust. Bij inschrijving van nieuwe leerlingen geeft een kwart van de ondervraagde scholen aan nog steeds een uittreksel te gebruiken voor inschrijving. Overigens hanteren slechts vier van de ondervraagde scholen het als enige inschrijfmogelijkheid.
Van de scholen die momenteel een uittreksel als inschrijfbewijs hanteren, kent circa 90 procent de alternatieven. Van die 90% overweegt ruim 80% ook daadwerkelijk in de toekomst andere identificatiemethoden toe te passen bij de inschrijving van nieuwe leerlingen.
Waar diverse scholen en gemeenten al op één lijn zitten, blijken er ook opmerkelijke verschillen zichtbaar in gemeenten. Zo blijkt uit de onderzoeksresultaten dat er zes gemeenten zijn die het uittreksel verstrekken, terwijl scholen in deze gemeente de inschrijving van leerlingen via andere identificatiemethoden regelen. Ruim één derde van de gemeenten die aangeven een uittreksel voor inschrijving voortgezet onderwijs te verstrekken, hanteren een pro-actief beleid. Dat wil zeggen dat ouders en leerlingen worden gewezen op alternatieve identificatiemethoden.
Overzicht op digitale kaart
In een digitale kaart is zichtbaar hoe voortgezet onderwijsinstellingen en gemeenten omgaan met uittreksels bij inschrijving. Uiteraard zijn alleen die onderwijsinstellingen en gemeenten zichtbaar op de kaart die niet anoniem aan het onderzoek hebben meegewerkt. De geanonimiseerde respondenten zijn wel in de onderzoeksresultaten, maar niet op de digitale kaart verwerkt.
Dalende tendens
Sinds 2011 is een dalende tendens waar te nemen. In 2011 leverde 65% van de gemeenten nog een uittreksel voor inschrijving aan het voortgezet onderwijs. Uit het laatste onderzoek blijkt dat 27 procent van de onderwijsinstellingen voortgezet onderwijs dit vraagt ter identificatie.
Eerder onderzoek van Telengy wees uit dat de overbodige uittreksels de ouders ruim 600.000 euro en de gemeenten bijna 5000 werkuren kosten. Het delen van informatie tussen scholen en gemeenten, of het gebruiken van alternatieve identificatiemethoden zijn mogelijkheden om dat onnodige werk en de onnodige kosten te voorkomen:
- Kamervragen onnodig gebruik uittreksel GBA
- PvdA wil verbod GBA uittreksels voor scholen
- Gestage afname gebruik jonge postbodes bij inschrijving school
Het onderzoek is uitgevoerd door George Claessen en Peter ter Telgte van Telengy. De onderzoeksresultaten zijn beschikbaar via onderstaande documenten:
- Onderzoeksresultaten uittreksel GBA scholen 2013
- Onderzoeksresultaten uittreksel GBA scholen 2013 – Antwoorden vraag 2 en 4a
- Onderzoeksresultaten uittreksel GBA gemeenten 2013
Meer weten?
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Peter ter Telgte, p.t.telgte@telengy.nl, 06 46 72 42 05.