In de jaren ’80 zijn gemeenten al op grote schaal gestart met in-huis automatisering. Vanaf dat moment leunden zij sterk op leveranciers van gemeentelijke software. Deze leveranciers zorgden voor het doorvoeren van wetswijzigingen in de gemeentelijke software, zoals de nieuwe comptabiliteitsvoorschriften en de GBA, de decentralisaties en de aankomende Omgevingswet. Dit is weliswaar gemakkelijk voor gemeenten, maar het maakt hen ook afhankelijk van de leveranciers.
De gemeentelijke softwaremarkt kenmerkt zich door een veelheid aan gemeentespecifieke oplossingen. Voor unieke gemeentelijke processen, zoals bijvoorbeeld de GBA en het sociaal domein, lijkt dat ook onontkoombaar. Er worden daarentegen ook veel toepassingen voor gemeenten ontwikkeld waarvoor ook generieke toepassingen beschikbaar zijn. Hierbij kan gedacht worden aan digitale loketten, zaaksystemen, klantvolgsystemen of financiële pakketten. Echter, er is tot nu toe relatief weinig aandacht voor de mogelijkheden buiten de gemeentemarkt. Gemeenten blijven daardoor, wellicht onnodig, afhankelijk van software die door de gemeentelijke leveranciers wordt ontwikkeld en aangeboden.
Behoefte aan innovatie
Modernisering en digitalisering van de overheid vraagt om innovatie. Denk aan de toepassing van kunstmatige intelligentie, robotisering, blockchain en zelflerende systemen om administratieve processen te vereenvoudigen en selfservice aan te kunnen bieden. Het is voor leveranciers en gemeenten in een relatief kleine gemeentemarkt met beperkte ontwikkelbudgetten moeilijk om voldoende en tijdig nieuwe technologie te vertalen naar gemeentelijke toepassingen. Ook het onderhoud van de complexe en zeer verschillende gemeentelijke applicatielandschappen staan deze ontwikkelingen in de weg. Een gevolg hiervan is dat gemeenten gaan achterlopen in de toepassing van nieuwe technologie.
Mede vanwege de huidige afhankelijkheid van leveranciers kiezen sommige gemeenten ervoor om zelf toepassingen te (laten) ontwikkelen, bijvoorbeeld in samenwerking met innovatieve lokale of regionale technologische ontwikkelbureau’s als Brightlands Smart Service Campus en Smart Society Eindhoven. Kosten en beheersbaarheid vormen bij dergelijke maatwerkoplossingen mogelijk een nieuwe uitdaging en risico. ICT en informatisering zijn weliswaar een cruciaal middel om burgers en bedrijven steeds beter en efficiënter van dienst te kunnen zijn, maar applicatieontwikkeling is nu eenmaal geen core business voor gemeenten.
Nieuwe kansen met Common Ground
Een ontwikkeling die de informatievoorziening en digitale dienstverlening van de overheid een impuls kan geven, is Common Ground. In de huidige gemeentelijke applicaties zijn gegevens, bedrijfslogica en gebruikersinterface met elkaar vervlochten. Deze applicaties communiceren met elkaar via complexe koppelingen en kopieslagen. De filosofie van Common Ground is het scheiden van data en applicaties en het ontsluiten van data via zogenoemde Application Programming Interfaces (API’s), wat relatief kleine programma’s zijn om gegevens uit te kunnen wisselen. Dit moet het onder andere mogelijk maken om nieuwe toepassingen te ontwikkelen die zonder de huidige complexe koppelingen en kopieslagen toch gebruik kunnen maken van bestaande gegevens.
Low- of no-code platformen
Een andere ontwikkeling is de opkomst van zogenoemde low- of no-code platformen. Er zijn inmiddels de nodige low- en no-code tools en platformen zoals bijvoorbeeld Mendix, Betty Blocks, Grexx en Pegasystems. Het aanbod varieert van geavanceerde tools voor softwareontwikkeling tot Business Process Modeling (BPM) en Case- en Customer Relation Management (CASE/CRM) platformen. Daarmee zijn op relatief laagdrempelige wijze processen in te richten en te onderhouden. Op basis daarvan is het mogelijk om automatisch bijbehorende toepassingen te genereren, inclusief mobiele versies. Niet alleen leveranciers maar ook gemeenten kunnen daarmee, individueel en collectief, applicaties en softwarecomponenten (laten) ontwikkelen. Uiteraard passend binnen de door gemeenten geformuleerde eisen zoals de Common Ground-filosofie.
Toegang tot geavanceerde technologie
Enkele van deze platformen bieden gebruikers ook toegang tot geavanceerde en beproefde functionaliteiten en technologische ontwikkelingen uit andere sectoren. Gemeenten kunnen hierover beschikken zonder deze innovaties zelf te moeten (laten) ontwikkelen. Bijvoorbeeld dynamisch casemanagement, zelflerende en voorspellende systemen en omnichannel dienstverlening. De platformen worden veelal door meerdere implementatiepartners ondersteund. Er is inmiddels ervaring opgedaan met bijvoorbeeld een subsidiesysteem in Grexx, een jeugdzorgsysteem in Betty Blocks en een zaaksysteem op basis van Pegasystems.
De platformen kunnen gebruik maken van externe softwarecomponenten voor landelijke voorzieningen en wetgeving, zoals het Digitaal Stelsel Omgevingswet. Het biedt volop ruimte aan leveranciers, gemeenten en medeoverheden om componenten te ontwikkelen. Gemeenten kunnen kiezen voor ‘standaard’ oplossingen van een leverancier of bijvoorbeeld een gemeentelijk samenwerkingsverband, maar kunnen desgewenst ook zelf een platform en componenten kiezen die hen het beste past.
In combinatie met een filosofie en architectuur als Common Ground, bieden moderne platformen en tools gemeenten een nieuwe markt met ongekende mogelijkheden. Platformen met geavanceerde functionaliteiten maken het mogelijk om snel werkende, innovatieve en flexibele oplossingen te realiseren. Het kan een impuls geven aan de modernisering en digitalisering van dienstverleningsprocessen en de adoptie van nieuwe technologie. Het verkennen en onderzoeken van de mogelijkheden lijkt dan ook zeer de moeite waard.
Meer weten?
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Monique Verbeeten, 06 17 39 04 99, m.verbeeten@telengy.nl of met Ton de Wit, 06 22 97 29 46, t.d.wit@telengy.nl.